Grappige speeches op je bruiloft

Een speech tijdens de ceremonie hoeft niet altijd zwaar beladen te zijn met emoties. Natuurlijk wil je iets moois zeggen, iets dat je partner raakt en iets dat uit je hart komt, maar dat kan ook met een grappige speech!

Speech zoals Anon

De speech ‘He never leaves the seat up’ van Anon zit boordevol herkenbare situaties over het samenwonen van man en vrouw. Hoewel deze speech gegarandeerd mensen aan het lachen maakt, is het toch een heel romantische en lieve speech die uitlegt waarom de man en vrouw in kwestie zo goed bij elkaar passen en een lang en gelukkig huwelijk zullen hebben.

Romantische speech met grapjes

Een andere romantische speech van Anon met grappige elementen is ‘Marriage’. De speech vertelt waar een huwelijk over gaat, zoals de eerste alinea al heel goed laat zien:

“Marriage is about giving and taking

And forging and forsaking

Kissing and loving and pushing and shoving

Caring and sharing and screaming and swearing”

Deze speech van Anon is romantisch, maar laat heel realistisch (met een knipoog) zien dat er ook heus wel minder romantische momenten bestaan in een relatie. Wanneer je deze speech (gedeeltelijk) overneemt voor je bruiloft, zul je zien dat er veel instemmend geknikt zal worden en regelmatig een lach verschijnt op de gezichten van je gasten.

Grappige bruiloftsspeech

Wil je iedereen aan het huilen maken van het lachen? Check dan ter inspiratie de speech van Pam Ayres, ‘Yes, I’ll marry you’. De enorm humoristische speech is weliswaar in het Engels, maar je kan je eigen twist eraan geven door in het Nederlands een net zo’n grappige speech te bedenken. Zo heb je input van Pam, maar heb je toch je geheel eigen speech gemaakt! Om alvast even te lachen, hier de eerste alinea van Pam’s ‘Yes, I’ll marry you’:

Yes, I’ll marry you, my dear,

And here’s the reason why;

So I can push you out of bed

When the baby starts to cry,

And if we hear a knocking

And it’s creepy and it’s late,

I hand you the torch you see,

And you investigate.

Heerlijk toch!

tekst: Sanne van Bortel